Dagboeken van Wim Kan 1968-1983 De televisietijd
Balans, Uitgeverij te Amsterdam uit 1989 2e Druk
Paperback 297 pagina's 22x14 formaat slappe kaft
Illustratie voorzijde omslag : Detail schilderij van Hans Bayens
De televisie stond bij de familie Kan verstopt in een antieke kast. Af en toe ging het deurtje open. Dan zat Wim Kan met verbazing te kijken naar het vluchtige amusement dat aan hem voorbij flitste. Hij wantrouwde het televisiesucces, de televisiesterren. Eendagsvliegen die, zonder de lange en moeizame weg naar de top, door een miljoenenpubliek tot ster werden gebombardeerd. Als perfectionist ergerde hij zich aan zoveel onzorgvuldigheid, gemakzucht en gemiste kansen in de programma's. Maar soms sprong de vonk van het scherm, raakte hij getroffen door een bepaald programma en hij haastte zich dan om per telefoon of uitvoerige brief zijn waardering aan de makers te laten blijken. Vaak ging na het ‘vakmatig’ kijken (zoals hij dat verontschuldigend noemde) naar het Journaal het deurtje van de televisie weer snel dicht. Wim Kan zelf op televisie? Hij waagde zich er niet aan. Hij vertrouwde het niet. Want radio kun je zelf verpesten, bij de televisie doen anderen het voor je, vond hij. Maar de jaren van de radio waren voorbij. Dit deel ‘De televisietijd’ is samengesteld uit zestig van de honderdtien dagboeken die Wim Kan na de oorlog schreef. Dikke ringbandcahiers die nauwelijks sluiten door de enorme hoeveelheid materiaal. Op de rechterbladzijde beschreef Kan nauwgezet de dagen, links was de inspiratieplaats voor losse gedachten, aanzetten tot liedjes, nieuwe grappen (die via de werkboeken op de spiekborden belandden), actuele kranteknipsels, opmerkelijke brieven en kaartjes van bloemen- en champagnehulde, herinneringen aan het succes.
Website tipBoeken aanbiedingen op Bol.com